1 op de 4, het verhaal van Margot

1 op de 4, dat ben ik: het verhaal van Margot

Margot is 42 en heeft een zoon [een prachtzoon zoals ze zelf zegt] van 8 jaar.
Haar verhaal begint bij haar wens, haar wens voor een groot gezin, broertjes en zusjes; veel drukte en gezelligheid. Het was haar grote verlangen en het is ook de omgeving waarin zijzelf is grootgebracht.

Als de tweede niet komt…

Toen mijn prachtzoon 8 jaar geleden op de wereld kwam, werd er een moeder in mij geboren. Alle clichés bleken waar en ik geniet iedere dag van mijn grote wondertje.

Na dit grote geluk, kwam er echter een donkere wolk. Een wolk van onzekerheid en schuldgevoel, vol wanhoop én hoop; een wolk die zorgde dat ik leefde in twee werelden. Een wereld vol moederliefde en geluk met een gezonde zoon en een wereld van verdriet, onwetendheid, hoop en het verleggen van grenzen.

Eerste miskramen

Anderhalf jaar na de geboorte van onze zoon kon ik mijn geluk niet op: ik was opnieuw zwanger. Helaas begonnen de bloedingen al binnen een week. Voor de zekerheid kreeg ik nog wel een echo. Het bleek een tweeling geweest te zijn en er klopte nog één hartje. Vol goede moed en met de zegen van de echoscopist stortte ik mij weer op mijn zwangerschap. Ik liet het iedereen weten en kocht zelfs een ‘ik word een grote broer’ T-shirt om dit mooie nieuws te delen.

De uitkomst van de volgende echo kwam dan ook als donderslag bij heldere hemel. Euforisch gingen we met onze kleine vent ons nieuwe wondertje bekijken.
Helaas kwam al snel het slechte nieuws. Er was geen hartslagje meer. Ik was vol ongeloof en alles is daarna als een roes aan mij voorbij gegaan.

De dag na de echo ben ik volledig ingestort. Ik lag op de grond met André Hazes op de achtergrond en voelde het verdriet, de wanhoop en het ongeloof uit mijn tenen komen. Hoe was het mogelijk? Waarom had mijn lichaam geen signalen afgegeven? Ik kon het gewoon niet vatten…miskramen herdenken herinneringsdoos en gedicht

Om het een plekje te geven heb ik uiteindelijk een mooi doosje gekocht en een gedicht gemaakt ‘Mijn kindje voor even’. In het doosje heb ik de echo’s, het zwangerschapsboek, het rompertje e.d. gedaan en dit doosje is mij nog dierbaar.

Medische molen

Een jaar na deze miskramen ben ik in de medische molen terecht gekomen. Uit de onderzoeken die er volgden kwamen gelukkig geen bijzonderheden. “Gelukkig” dacht ik toen, maar het niet weten waarom ik geen kindje meer kon dragen was voor mij niet te vatten.

Uiteindelijk heb ik 6 IUI behandelingen, 2 IVF -met behoorlijk wat terugplaatsingen- en een ICSI behandeling met vele terugplaatsingen ondergaan. Ik, die normaal nog geen paracetamol neem tegen de hoofdpijn, stond mezelf vol te spuiten met hormonen en probeerde alle goedbedoelde adviezen uit om mijn grote wens enigszins positief te beïnvloeden. Mijn grenzen werden steeds verder verlegd.

In deze jaren heb ik nog drie positieve zwangerschapstests gehad. Drie keer zag ik twee streepjes staan op de -in bulk ingekochte- zwangerschapstests. Drie keer was ik steeds een beetje in de wolken, maar donderde ik hier ook weer net zo snel vanaf.

Aan het eind van de medische behandelingen, kreeg ik bij de evaluatie de boodschap mee van de dokter dat we gewoon ‘vette pech’ hadden.

Onbegrip

In mijn omgeving waren er in deze periode volop zwangerschappen. Niet alleen in de omgeving van crèche, consultatiebureau en later de basisschool, maar ook binnen de familie, vrienden en kennissen. Iedereen leek zwanger te worden en het ene zwangerschapsnieuws volgde het andere op.

Ik vond het heel moeilijk om hiermee om te gaan.
Aan de ene kant gunde ik eenieder dit wonderlijke geluk, maar aan de andere kant bracht dit mij veel verdriet. Verdriet dat er van mijzelf, op zo’n moment van geluk voor anderen, niet mocht zijn.

Goedbedoelde adviezen

In deze periode voelde ik me onbegrepen en vaak alleen. Af en toe probeerde ik met iemand te praten, maar vaak leidden die gesprekken tot goed bedoelde adviezen. Enkele veelgehoorde adviezen die ik kreeg waren:
– ‘Je moet het loslaten.’
– ‘Het kindje was waarschijnlijk toch al niet goed.’
– ‘Je hebt er toch al eentje.’
– ‘Je moet acupunctuur, psycholoog, haptonoom etc. proberen.’

Veelal adviezen die indirect suggereerden dat ik er iets aan kon doen, maar bovenal mij het gevoel gaven dat mijn verdriet er niet mocht zijn. Om de rollercoaster enigszins te bevatten, ben ik een dagboek gaan bijhouden. Dit was voor mij het moment waarop het verdriet eruit kwam.

Wanneer stoppen

Ik heb veel gedaan, omdat ik mijn zoon een broertje of zusje gunde en zelf ook het gevoel had dat hij/zij nog wel zou komen. En ik had waarschijnlijk nog meer gedaan als ik wist dat dit tot een gezonde zwangerschap zou leiden.
Maar dat is het hem juist, je weet het niet.

Uiteindelijk ben ik daarna nog in een burn-out terecht gekomen. Ik werd steeds kwetsbaarder en emotioneler en kreeg ook nog te maken met een langdurige reorganisatie op mijn werk.
Ondertussen ben ik weer aan het re-integreren en kan ik weer genieten na mijn burn-out. Ik heb mezelf teruggevonden en ik ben dankbaar met ons kleine, maar mooie gezin.

Ik hoop dat ik, door mijn verhaal te delen, iemand herkenning kan bieden en wellicht een beetje troost in het besef dat je niet de enige bent.

Ook interessant: